Met enige regelmaat verzorgen we kookdemonstraties en proeverijen bij onze supermarkt partners. Leuk om een keer te komen kijken en proeven. We sprinten langs de schappen op zoek naar goede ingrediënten en maken dan in de winkel á la minute een ‘Michiels Maaltijd van de Week’ klaar. De supermarkt klanten zijn altijd weer verrast over de snelheid en de smaak. De medewerkers lopen altijd langs met de opmerking ‘wow, wat ruikt hier lekker’.
Nu vinden we het leuk om te koken en uit te delen. Maar we komen vooral om te leren en luisteren. Want de supermarkt klant – jij dus – is een fenomeen. We zijn meestal zo’n 6 uur aanwezig op het versplein en hebben dan ook ruimschoots de tijd om te observeren, te luisteren en het gesprek aan te gaan. En dat levert verrassende informatie op.
Hoewel er bijna geen grootste gemene deler is te vinden (hoewel, correctie: ieder is gevoelig voor een aanbieding) valt één ding op: de supermarkt klant is eenvoudig te beïnvloeden. En daar spelen alle marketeers met graagte op in. Door met plaatjes, teksten en informatie te strooien waarvan ze weten of hopen dat dit het koopgedrag beïnvloedt. Helaas is die informatie niet altijd correct, maar dat is ook niet het doel. Jou geld laten uitgeven,dat is het doel. Het is dus aan jou om goed onderlegd die informatie tot je te nemen. En zelf te bepalen wat goed voor je is.
Onze speciale interesse heeft uiteraard het verse maaltijden vak. Een dame – rond de dertig, goed gekleed, mobiel in de hand – staat voor het vak. En bekijkt het assortiment. Dat duurt 30 seconden, 1 minuut, 2 minuten. Af en toe een maaltijd oppakken, omdraaien, etiket lezen, terug leggen. Een keer naar links lopen, naar rechts en weer terug. Niks kopen, maar ook niet door lopen. Tijd voor een gesprek: “Goedemiddag, ik zie dat u nog geen keuze heeft kunnen maken. Naar wat voor lekkers bent u op zoek?”. “Tsja, dat weet ik eigenlijk niet, het is voor mijn vriend”. Ik vraag: “van wat voor eten houdt u vriend dan?”. “Vooral de Hollandse pot”. “Ok, volgens mij is daar genoeg keuze in. Maar u heeft nog niet gekozen. Waar let u op”. “Tsja, dat weet ik eigenlijk niet, maar vooral of het er goed uit ziet”. “Heeft u onze hutspot met hachee al gezien? Vers bereid, biologisch vlees, geen kunstmatige toevoegingen en super lekker”. “Ja, wel gezien, maar ik weet het nog niet”. “Goed, kijk rustig verder en succes met kiezen”.
Daar sta je dan met al je kwalitatieve kernwaarden. De(ze) consument kijkt alleen naar uiterlijk. Ondertussen zie ik uit mijn ooghoek twee maaltijden in de kar verdwijnen. “Is het gelukt?”. “Ja, ik heb jullie nasi goreng genomen en de patatas bravas van het huismerk”. ‘Super, maar niet echt Hollands, toch?”. “Nee, maar het zag er wel goed uit”.
De moraal van het verhaal: we moeten zorgen dan onze gerechten er goed uit zien. Én we moeten zorgen dat we onze unieke kernwaarden beter – eenvoudiger – duidelijker communiceren. Het lijkt een haalbare doelstelling.
Met u eens dat het eten er goed uit moet zien. Maar als consument moet je ook lezen. Ik geniet met enige regelmaat van uw maaltijden en kies ze vooral uit op kwaliteit, ook als het er misschien wat minder decoratief uit zou zien.
Beste mevrouw/heer, bedankt voor de reactie, fijn dat u onze maaltijden kiest. Kwaliteit blijft ook ons belangrijkste doel, maar we houden ook oog voor de presentatie. Hrgr. Michiel
Ben al een paar jaar fan van jullie maaltijden. Probeer ook wel eens wat anders omdat ‘het er goed uit ziet’. Maar kom altijd weer terug, vooral door de inhoud. Zou wel wat meer vegetarisch willen zien voor de variatie. Hrgr. Els
Beste Els, leuk om te lezen. We hebben momenteel elke week een wisselend vegetarisch gerecht. Misschien dat we dit in de toekomst nog gaan uitbreiden als daarvoor ruimte is. Hrgr. Michiel